Begroting 2024-2027 Begroting 2024-2027

Lokale heffingen

De gemeentelijke belastingen vormen een belangrijk onderdeel van de inkomsten van de gemeente. Van deze lokale heffingen horen de onroerendezaakbelastingen (OZB) en de toeristenbelasting bij de algemene dekkingsmiddelen. Daarnaast zijn er heffingen die niet tot de algemene dekkingsmiddelen behoren. Afvalstoffenheffing en rioolheffing zijn hiervan de voornaamste twee.

Nota lokale heffingen

De raad stelde op grond van de ‘Financiële verordening gemeente Midden-Delfland’ op 26 april 2016 de nota Lokale heffingen Midden-Delfland 2016 vast. Deze nota beschrijft de samenstelling van de gemeentelijke belastingen en heffingen. Ook andere zaken die nauw samenhangen met de heffing en inning van deze belastingen en heffingen staan in de nota.
In deze paragraaf beschrijven wij de actuele stand van zaken.

Onroerendezaakbelasting (OZB)

De opbrengst van de OZB behoort tot de algemene dekkingsmiddelen. Dit betekent dat de opbrengst van de OZB wordt gebruikt voor kosten van voorzieningen zoals openbare verlichting, onderwijs, sport, cultuur, onderhoud aan wegen en plantsoenen.

De grondslag van de OZB is de waarde van de onroerende zaken in de gemeente. De OZB bestaat uit een eigenarenbelasting voor woningen en niet-woningen en een gebruikersbelasting voor niet-woningen. Voor de Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ) worden de onroerende zaken jaarlijks getaxeerd. Voor het belastingjaar 2023 geldt de waarde van peildatum 1 januari 2022.

De Waarderingskamer controleert en beoordeelt gemeenten op de uitvoering van de Wet WOZ. De score wordt uitgedrukt in sterren, waarbij 1 ster de laagste score is (met als toelichting 'moet dringend verbeterd worden'). 4 sterren kwalificeert als 'goed'. De maximale score is 5 sterren. Deze score wordt bereikt wanneer de beoordeling meerjarig goed is. In 2018 heeft de Waarderingskamer haar algemeen oordeel voor Midden-Delfland verhoogd naar 5 sterren vanwege de stabiel goede kwaliteit. In augustus 2022 heeft de Waarderingskamer laten weten het algemeen oordeel blijft staan op 5 sterren. Wederom een fijne waardering voor de inzet, betrokkenheid en enthousiasme van de medewerkers van het team Belastingen.

De Waarderingskamer heeft besloten om per 1 januari 2022 alle gemeenten en uitvoeringsorganisaties de woningen verplicht te laten taxeren op basis van de gebruikersoppervlakte in plaats van op inhoud. De belangrijkste reden hiervoor is dat dit beter aansluit bij de markt. In de verkoopadvertenties wordt bijv. melding gemaakt van de gebruiksoppervlakte van woningen. Daarnaast wordt de gebruikersoppervlakte ook gebruikt in de basisregistraties.
Ook Midden-Delfland is overgegaan van kubieke meters naar vierkante meters in de WOZ- administratie. Hierbij is uitgegaan van de criteria die de Waarderingskamer hanteert.

In 2020 is een benchmark woonlasten ingevoerd. Naast de OZB worden hierin ook de riool- en afvalstoffenheffing vergeleken. Door vergelijking van de gemeentelijke woonlasten en de tariefontwikkeling met landelijke en provinciale gemiddelden, moeten de onderlinge verschillen tussen gemeenten inzichtelijker worden. Ook is het de bedoeling dat de benchmark het lokale debat over de keuzes voor ontwikkelingen, zoals de stijging van de lasten, bevordert.

Met ingang van begrotingsjaar 2022 stelt de gemeenteraad jaarlijks de tarieven van de OZB vast. Hierbij wordt uitgegaan van een verhoging van de OZB-opbrengsten met 3% per jaar, zoals reeds in de Begroting 2021-2024 in de ramingen is opgenomen. Het uitgangspunt is zo weer een evenwichtige ontwikkeling van de totale opbrengst geworden en niet de (nu sterk stijgende) marktontwikkeling van de onroerende zaken die leidt tot een relatief hogere lastendruk voor de belastingbetalers.

De WOZ-waarde wordt bepaald aan de hand van gerealiseerde verkoopcijfers. De waardeontwikkeling wordt pas in de loop van een jaar duidelijk. Gebruik van landelijke cijfers is niet gewenst, omdat deze afwijken van de situatie in Midden-Delfland. Voorlopig wordt voor de woningen voor 2024 de verwachte marktontwikkeling van 3% aangehouden. Dit is gebaseerd op een overzicht van de taxateur waarin per kwartaal wordt bijgehouden hoe de verkoopcijfers zich ontwikkelen. Na een flinke stijging van de verkoopcijfers in 2021, ijkt de marktontwikkeling zich nu te stabiliseren. Onduidelijk is hoe en of deze ontwikkeling zich voort zal zetten. Dit wordt nauwlettend gemonitord.

In de volgende tabel staan de OZB-tarieven.

OZB - tarieven*

2024

2025

2026

2027

Tarief eigenaren woningen

0,1099%

0,1132%

0,1166%

0,1201%

Tarief eigenaren niet-woningen

0,2364%

0,2435%

0,2508%

0,2583%

Tarief gebruikers niet-woningen

0,1697%

0,1697%

0,1801%

0,1855%

* Jaarlijks worden de tarieven vastgesteld, waarbij rekening wordt gehouden met de waardeontwikkeling van het vastgoed en uitgaande van een opbrengststijging van 3% per jaar. De tariefstijging in deze tabel is 3% per jaar (bij een fictieve waardeontwikkeling van 0%). Wanneer de waardeontwikkeling > 0% per jaar is, worden de tarieven naar beneden bijgesteld en vice versa.

Hierna wordt de lastendruk weergegeven op basis van het huidige beleid en op basis van onze voorstellen.

Lastendruk bij huidig beleid

Uitgangspunten:

  • eigen woning WOZ-waarde € 418.000 (2023), € 430.000 (2024)
  • meerpersoonshuishouden

Belasting

Stijging

2023

2024

OZB-eigenaar

3%

€ 446,00

€ 459,38

Afvalstoffenheffing

8%

€ 343,90

€ 371,41

Rioolheffing

7,5%

€ 209,40

€ 225,11

Totaal


€ 999,30

€ 1.055,90

Een huishouden zonder eigen woning betaalt geen OZB-eigenaar, de totale lastendruk voor huurders is dus lager.

Toeristenbelasting

In de vergadering van 25 oktober 2022 heeft de gemeenteraad besloten tot de invoering van toeristenbelasting in Midden-Delfland. Met het heffen van toeristenbelasting wordt beoogd extra inkomsten te generen waarmee onder meer een bijdrage kan worden geleverd aan ‘Midden-Delfland’. De opbrengsten blijven door toevoeging aan de Bestemmingsreserve Midden-Delfland beschikbaar voor dit doel.

De tarieven voor 2023 en 2024 bedragen € 0,85 per persoon per overnachting op een camping (in een kampeermiddel) en € 1,25 per persoon per overnachting in de overige accommodaties. Deze tarieven worden tweejaarlijks herzien. De verwachte opbrengst in 2024 bedraagt op basis van deze tarieven € 100.000 - € 125.000.

Afvalstoffenheffing

Uitgangspunt van de afvalstoffenheffing is de kosten van de afvalinzameling en -verwerking voor 100% te dekken door de opbrengst van de afvalstoffenheffing. Door nieuwe ontwikkelingen (invoering zijbelading, andere wijze ophalen oud papier) was het mogelijk om het tarief voor de afvalstoffenheffing in 2022 te laten dalen met circa 4% ten opzichte van 2021. Op basis van de geactualiseerde kostenraming van Avalex is de afvalstoffenheffing in 2023 nog eens met 4% verlaagd ten opzichte van 2022. Voor het jaar 2024 is een verhoging van 8% noodzakelijk. Dit vanwege de fors gestegen inflatie. Voor de jaren 2025 t/m 2027 wordt op basis van ongewijzigd beleid uitgegaan van gelijkblijvende tarieven. Bij elke nieuwe begroting wordt dit getoetst aan het uitgangspunt van 100% kostendekking.

Vanaf 2021 is een uitsplitsing van de inkomsten uit afvalinzameling opgenomen in de ‘Begroting in één oogopslag’. Het gaat hierbij om de inzameling glas, papier/karton en PMD.
Het totaaloverzicht van de inkomsten afvalinzameling begroot voor 2024 is als volgt:

Uitsplitsing inkomsten uit afvalinzameling

Rekening 2022

Begroot 2023

Begroot 2024

Afvalstoffenheffing

2.644.615

2.533.809

2.767.365

Afvalinzameling

135.000

234.000

205.000

Inzameling glas

20.000

6.000

6.000

Inzameling karton

2.000

90.000

78.000

Inzameling PMD

113.000

129.000

113.000

Inzameling overige

-

9.000

8.000


In de volgende tabel staan de tarieven voor 2023 tot en met 2027.

Afvalstoffenheffing

2023

2024

2025

2026

2027

Tarief meerpersoonshuishouden

€ 343,90

€ 371,41

€ 371,41

€ 371,41

€ 371,41

Tarief eenpersoonshuishouden

€ 259,20

€ 279,94

€ 279,94

€ 279,94

€ 279,94


Kostendekking en egalisatievoorziening afvalstoffenheffing

Verloop egalisatievoorziening afvalstoffenheffing

2024

2025

2026

2027

Stand per 1 januari

171.429

179.372

106.130

-76.572

Onttrekking / storting

7.943

-73.242

-182.701

-380.616

Stand per 31 december

179.372

106.130

-76.572

-457.187


Rioolheffing

De opbrengsten van deze heffing dekken de lasten van het rioolstelsel. De kosten van de uitvoering van het water en rioleringsprogramma en het daarmee samenhangende investeringsschema zijn verwerkt in programma 3 Beheer, Verkeer en Milieu. In het Water- en rioleringsprogramma 2024-2030 (WRP) zijn (onder meer) de geactualiseerde kostenraming en benodigde kostendekking voor de wettelijke taken (zorgplichten) op het gebied van afvalwater, hemelwater en grondwater en beleidstaken voor klimaatadaptatie opgenomen. Op basis van dit WRP is in 2024 een tariefstijging van 7,5% voor de rioolheffing noodzakelijk. Dit komt enerzijds door de doorrekening van de maatregelen die nodig zijn om te komen tot het wensbeeld voor de toekomst. Anderzijds door de flinke kostenstijging van de afgelopen jaren.
Het uitgangspunt is dat dit tarief gedurende de planperiode van het WRP, behoudens correctie voor inflatie, onveranderd blijft. Wel wordt dit bij elke nieuwe begroting getoetst aan het uitgangspunt van 100% kostendekking.

In de volgende tabel staan de tarieven voor 2023 tot en met 2027.

Rioolheffing

2023

2024

2025

2026

2027

Tarief

209,40

225,11

225,11

225,11

225,11


Kostendekking en egalisatievoorziening rioolheffing

De totale kosten voor riolering, inclusief BTW, worden geraamd op € 2.121.638. De totale opbrengst uit rioolheffing en overige baten riolering bedragen € 1.896.975. Het dekkingspercentage voor de riool­heffing is minder dan 100. Het bedrag onder de 100% onttrekken wij aan de egalisatievoorziening. Deze wordt ook ingezet voor toekomstige investeringen. De volgende tabel verduidelijkt het verloop van de egalisatievoorziening.

Verloop egalisatievoorziening rioolheffing

2024

2025

2026

2027

Stand per 1 januari

7.185.468

6.960.805

6.781.409

6.564.776

Onttrekking / storting

-224.663

-179.396

-216.634

-234.299

Stand per 31 december

6.960.805

6.781.409

6.564.776

6.330.476


Kwijtscheldingsbeleid

De gemeente voert een actief kwijtscheldingsbeleid. Op het aanslagbiljet staat informatie over de kwijtscheldingsmogelijkheid en de procedure voor het verkrijgen van kwijtschelding. De voorschriften voor het beoordelen of een burger in aanmerking komt voor kwijtschelding zijn vastgelegd in de Invorderingswet 1990 en de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990. Het is voor gemeenten niet mogelijk van deze centrale regeling af te wijken. De enige mogelijkheid die gemeenten hebben om meer burgers in aanmerking te laten komen voor kwijtschelding is de normen voor de kosten maximaal te verruimen. De gemeente Midden-Delfland heeft deze normen (bijvoorbeeld kwijtscheldingsnorm, vermogensnorm) maximaal verruimd. Dit is terug te vinden in de Verordening kwijtschelding gemeentelijke belastingen Midden-Delfland. Beoordeling van een verzoek gebeurt op basis van het vermogen en het netto besteedbare inkomen van de volledige huishouding.

Bij een eerste verzoek om kwijtschelding worden relevante gegevens automatisch getoetst bij de Belastingdienst, het Uitvoeringsinstituut Werknemers Verzekeringen (UWV) en de Rijksdienst voor het Wegverkeer (RDW). Blijkt uit deze toetsing dat belastingplichtige in aanmerking komt voor kwijtschelding, dan krijgt hij dat meteen. Aanvullende gegevens van de belastingplichtige zijn dan niet nodig.

Voor belastingplichtigen die daar toestemming voor geven, worden ook in de komende jaren de rele­vante gegevens automatisch getoetst. Het invullen van een kwijtscheldingsformulier is dan niet nodig.

Kwijtschelding kan tot 100% worden toegekend voor de onroerendezaakbelasting, de afvalstoffenheffing, de rioolheffing en de leges voor de kosten van een Nederlandse identiteitskaart.
In de begroting 2024-2027 is rekening gehouden met kwijtschelding tot de volgende bedragen.

Verloop kwijtscheldingsbeleid

2024

2025

2026

2027

Afvalstoffenheffing

65.460

65.460

65.460

65.460

Rioolheffing

37.992

37.992

37.992

37.992

Totale kwijtschelding

103.452

103.452

103.452

103.452


De meerjarige kosten blijven (vooralsnog) gelijk vanwege de gelijkblijvende tarieven voor afvalstoffenheffing en rioolheffing. Door de huidige economische omstandigheden is het denkbaar dat de bedragen voor kwijtschelding zullen stijgen. Omdat dit op voorhand moeilijk te ramen is, monitoren wij dit in de loop van het jaar nauwgezet en indien nodig tijdens het jaar in de PBW’s opnemen.

Opbrengst leges en belastingen

De verwachte opbrengsten voor leges en belastingen zijn in de meerjarenbegroting verwerkt.

Overzicht geraamde inkomsten

2024

2025

2026

2027

Leges inzake vergunningen/ontheffingen

13.980

14.303

14.303

13.500

Burgerlijke stand

61.154

62.587

64.300

65.900

Rijbewijzen en reisdocumenten

293.236

311.236

365.236

388.236

Leges gehandicaptenparkeerkaarten

6.600

6.800

7.000

7.200

BRP

4.400

4.500

4.600

4.700

Overige leges burgerzaken

9.600

9.800

10.000

10.100

Bruggelden

5.000

5.000

5.000

5.000

Bijzondere transporten

2.700

2.800

2.900

3.000

Verhaal kosten welstandstoezicht

27.130

27.800

28.500

29.200

Volkshuisvesting

110

112

114

114

Monumenten

1.400

1.400

1.400

1.400

Afvalstoffenheffing

2.562.375

2.586.580

2.610.784

2.634.989

Bouwleges

1.427.822

544.563

127.949

127.949

Rioolheffing

1.743.883

1.759.588

1.775.293

1.790.998

Algemene plaatselijke verordening

12.800

13.100

13.400

13.700

OZB

6.563.378

6.762.856

6.980.915

6.980.915

Begrafenisrechten

65.700

67.300

68.900

70.500

Totaal

12.801.268

12.180.425

12.080.594

12.147.401


Nieuwe begrotingsvoorschriften en kostenonderbouwing heffingen

Met ingang van 1 januari 2017 zijn de begrotingsvoorschriften in het Besluit Begroting en Verantwoording Provincies en Gemeenten (BBV) aangepast. Deze wijziging heeft ook invloed op de berekening van de kostenonderbouwing van gemeentelijke heffingen. Door deze aanpassing is de methode waarmee overhead kan worden toegerekend gewijzigd. Dit zorgt voor hogere toe te rekenen bedragen aan overhead bij de diverse heffingen.

De overhead is bepaald als percentage van de toe te rekenen werkgeverslasten op een taakveld. Dit percentage bedraagt 98%. Dit betekent dat wanneer een bedrag aan werkgeverslasten als directe kosten aan de heffing wordt toegerekend, 98% van de werkgeverslasten van dit taakveld als overhead wordt toegerekend.

Bij de rioolheffing is op een andere wijze de overhead toegerekend. Hier is de overhead als percentage van alle lasten op alle taakvelden (exclusief overhead) gebruikt. Dit heeft als reden dat de rioolheffing vooral kapitaalintensief is. Bij een toerekening op basis van de werkgeverslasten zou er relatief weinig overhead toegerekend worden.

Beleidsuitgangspunten

Gemeentelijke heffingen

De gemeentelijke heffingen die Midden-Delfland kent zijn onroerendezaakbelasting (OZB), afvalstoffenheffing, rioolheffing, toeristenbelasting, begrafenisrechten en leges. Bij deze heffingen, behalve de OZB en toeristenbelasting, mogen de geraamde opbrengsten de geraamde lasten niet overstijgen. In deze aanvulling vindt u de kostendekkendheidspercentages van de verschillende heffingen.

Kostendekkendheid afvalstoffenheffing

Omschrijving

Bedrag

Kosten taakveld

2.293.905

Inkomsten taakveld excl. heffingen

-/- 40.000

Netto kosten taakveld

2.253.905

Toe te rekenen kosten:


Overhead

70.848

BTW

460.733

Totale kosten

2.785.485

Opbrengst heffingen

2.767.365

Dekkingspercentage

99,35%


Bij de kosten voor dit taakveld zijn de kosten (gedeeltelijk) meegenomen van:
- Straatvegen, dit houdt de openbare ruimte vrij van veeg- en zwerfafval.
- Kwijtschelding van de afvalstoffenheffing.
- Kosten van toezicht en handhaving van de aanbiedingsregels.
- Kosten van het taakveld afval.

Kostendekkendheid rioolheffing

Omschrijving

Bedrag

Kosten taakveld

1.660.969

Inkomsten taakveld excl. heffingen

-/- 22.244

Netto kosten taakveld

1.638.725

Toe te rekenen kosten:


Overhead

337.762

BTW

210.447

Totale kosten

2.186.934

Opbrengst heffingen

1.874.674

Dekkingspercentage

85.72%


Bij de kosten voor dit taakveld zijn de kosten (gedeeltelijk) meegenomen van:
- Aanleg en onderhoud van openbaar water, vijvers en kleine watergangen.
- De kosten van het schoonhouden en onderhouden van taluds. Een deel van deze kosten is toe te rekenen aan de gemeentelijke watertaken.
- Straatvegen, het bladafval zorgt voor verstoppingen van kolken. Straatvegen voorkomt dit.
- Kwijtschelding van de rioolheffing.
- Kosten van het taakveld riolering.

Kostendekkendheid legesverordening

De tarieventabel bij de legesverordening bestaat uit drie titels. De eerste titel bevat de algemene dienstverlening, zoals bijvoorbeeld het verstrekken van een paspoort. De tweede titel bevat de dienstverlening die samenhangt met de omgevingsvergunning en de derde titel de dienstverlening die valt onder de Europese dienstenrichtlijn. Hieronder vindt u eerst de kostendekking van de gehele legesverordening. Daarna volgt een overzicht per titel.

Kostendekkendheid totaal

Omschrijving

Bedrag

Kosten taakveld

1.665.441

Inkomsten taakveld excl. heffingen

-/- 8.200

Netto kosten taakveld

1.657.241

Toe te rekenen kosten:


Overhead

884.187

BTW

137.241

Totale kosten

2.678.668

Opbrengst heffingen

1.859.552

Dekkingspercentage

69,42%


Kostendekkendheid titel 1 Algemene dienstverlening

Omschrijving

Bedrag

Kosten taakveld

300.289

Inkomsten taakveld excl. heffingen

-/- 1.700

Netto kosten taakveld

298.589

Toe te rekenen kosten:


Overhead

93.095

BTW

40.504

Totale kosten

432.188

Opbrengst heffingen

387.390

Dekkingspercentage

89.60%


Kostendekkendheid titel 2 Dienstverlening omgevingsvergunningen

Omschrijving

Bedrag

Kosten taakveld

1.217.712

Inkomsten taakveld excl. heffingen

-

Netto kosten taakveld

1.217.712

Toe te rekenen kosten:


Overhead

660.825

BTW

93.706

Totale kosten

1.972.242

Opbrengst heffingen

1.456.352

Dekkingspercentage

73,84%


Kostendekkendheid titel 3 Dienstverlening Europese dienstenrichtlijn

Omschrijving

Bedrag

Kosten taakveld

147.440

Inkomsten taakveld excl. heffingen

-/- 6.500

Netto kosten taakveld

140.940

Toe te rekenen kosten:


Overhead

130.267

BTW

3.030

Totale kosten

274.238

Opbrengst heffingen

15.810

Dekkingspercentage

5,77%


Er is sprake van kruissubsidiëring tussen de verschillende titels doordat er sprake is van verschillende dekkingspercentages. Dit is echter geen bewuste beleidskeuze. Het uitgangspunt is een titel maximaal 100% kostendekkend te maken. Er is dus geen sprake van bewust meer dan 100% opbrengst op een titel genereren om met deze opbrengst de lasten op een andere titel te dekken.

Bij de leges omgevingsvergunning (titel 2) is er wel sprake van kruissubsidiëring tussen de onderdelen. Door de manier waarop de tarieven zijn opgebouwd kost een bouwvergunning voor bijvoorbeeld een dakkapel meer dan deze aan leges opbrengt. Bij grotere bouwprojecten is dit andersom. Dit is een bewuste keuze. Hierdoor blijven vergunningen voor kleine verbouwingen van de burger betaalbaar.

Bij het bepalen van de toe te rekenen kosten en overhead is gebruik gemaakt van de handreiking van de VNG. Omdat dit om nieuwe regelgeving gaat en er nog ontwikkelingen zijn in de uitleg hiervan kunnen er de komende tijd nog wijzigingen optreden. Het kan daarom voorkomen dat de toe te rekenen overhead dit jaar afwijkt van de in komende jaren toe te rekenen overhead.

Kostendekkendheid begrafenisrechten

Omschrijving

Bedrag

Kosten taakveld

218.793

Inkomsten taakveld excl. heffingen

-

Netto kosten taakveld

218.793

Toe te rekenen kosten:


Overhead

123.265

BTW

0

Totale kosten

342.059

Opbrengst heffingen

144.304

Dekkingspercentage

42,19%


Bij deze heffing zijn alleen de kosten van het taakveld lijkbezorging toegerekend. De compensabele btw is bij deze heffing al verwerkt in de lasten van het taakveld. Dit heeft als oorzaak dat niet alle btw van deze post compensabel is.

Kostendekkendheid bruggelden

Omschrijving

Bedrag

Kosten taakveld

28.000

Inkomsten taakveld excl. heffingen

-

Netto kosten taakveld

28.000

Toe te rekenen kosten:


Overhead

-

BTW

5.880

Totale kosten

33.880

Opbrengst heffingen

5.000

Dekkingspercentage

14,76%