Ga naar de inhoud van deze pagina.
Begroting 2026-2029 Definitief

Overzicht algemene dekkingsmiddelen

Het overzicht algemene dekkingsmiddelen is geen (beleids)programma en heeft daardoor een aparte plaats. De financiële middelen in al hun verschijningsvormen zijn dienstbaar aan het beleid. Tegelijkertijd zijn de financiële middelen de randvoorwaarden voor het te voeren beleid. Daarbij wordt een evenwicht gezocht tussen ambities en mogelijkheden.

In algemene termen kan gesteld worden dat het financiële beleid erop gericht is op korte en lange termijn te voorzien in voldoende financiële middelen om mogelijkheden en ambities met elkaar in evenwicht te houden. Omdat de voorgeschreven meerjarencijfers niet verder gaan dan het begrotingsjaar en de drie daaropvolgende jaren is een financieel perspectief opgesteld voor de langere termijn (zie Financieel meerjarenperspectief).

In de volgende tabel wordt een overzicht gegeven van de algemene dekkingsmiddelen. Onder de tabel worden de onderdelen toegelicht.

Tabel Algemene dekkingsmiddelen (in €) 2026 2025

OZB

6.998.415

6.780.356

Algemene uitkering

31.212.571

30.463.938

Dividenden

1.950.723

1.336.723

Rente uitzettingen > 1 jaar

742.930

735.640

Opbrengsten grondverkopen

0

0

Vennootschapsbelasting

0

0

Onvoorzien

6.000

6.000

Overige eigen middelen

0

0

Subtotaal

40.910.639

37.018.087

Saldo financieringsfunctie

-1.423.241

-1.111.251

Totaal algemene dekkingsmiddelen

39.487.398

35.906.836


De gemeentelijke heffingen, ook wel lokale heffingen genoemd, vormen een belangrijk onderdeel van de inkomsten van de gemeente. De lokale heffing die bij de algemene dekkingsmiddelen hoort, is de OZB. De toeristenbelasting behoort feitelijk ook tot de algemene dekkingsmiddelen, maar met deze belasting wordt beoogd extra inkomsten te generen waarmee onder meer een bijdrage kan worden geleverd aan ‘Midden-Delfland’. De opbrengsten blijven door toevoeging aan de Bestemmingsreserve Midden-Delfland beschikbaar voor dit doel.
Daarnaast zijn er nog heffingen die niet tot de algemene dekkingsmiddelen worden gerekend. Deze zijn opgenomen in de paragraaf Lokale heffingen.

Onroerendezaakbelasting

Voor het begrotingsjaar 2026 stelt de gemeenteraad opnieuw de tarieven van de OZB vast. Conform het meerjarenbeleid uit de begroting 2021-2024 is het uitgangspunt een jaarlijkse opbrengststijging van 3%. Hiermee wordt ingezet op een stabiele en evenwichtige opbrengstenontwikkeling, in plaats van een directe koppeling aan de marktontwikkeling van onroerend goed, die in recente jaren sterk fluctueerde en daarmee voor ongelijkheid in belastingdruk zou kunnen zorgen.

De WOZ-waarde blijft gebaseerd op gerealiseerde verkoopcijfers. De waardeontwikkeling wordt gedurende het jaar inzichtelijk op basis van actuele verkoopgegevens. Landelijke gemiddelden worden niet als maatstaf gebruikt, omdat deze onvoldoende representatief zijn voor de lokale situatie in Midden-Delfland.

Voor woningen wordt voor 2025 uitgegaan van een verwachte marktwaardeontwikkeling van circa 10%. Deze inschatting is gebaseerd op een kwartaaloverzicht van de gemeentelijke taxateur, waarin de gerealiseerde verkoopprijzen nauwgezet worden bijgehouden. Daarmee is sprake van een stevige stijging, na een periode van stabilisatie in eerdere jaren. De gemeente blijft de ontwikkelingen op de woningmarkt nauwlettend volgen om eventuele toekomstige schommelingen tijdig te signaleren en waar nodig bij te sturen.

In de volgende tabel staan de OZB-tarieven.

OZB - tarieven* 2026 2027 2028 2029

Tarief eigenaren woningen

0,1107%

0,1140%

0,1175%

0,1205%

Tarief eigenaren niet-woningen

0,2419%

0,2492%

0,2567%

0,2597%

Tarief gebruikers niet-woningen

0,1738%

0,1790%

0,1843%

0,1873%

* Jaarlijks worden de tarieven vastgesteld, waarbij rekening wordt gehouden met de waardeontwikkeling van het vastgoed en uitgaande van een opbrengststijging van 3% per jaar. De tariefstijging in deze tabel is 3% per jaar (bij een fictieve waardeontwikkeling van 0%). Wanneer de waardeontwikkeling > 0% per jaar is, worden de tarieven naar beneden bijgesteld en vice versa.

Er bestaat een relatie tussen de OZB en de algemene uitkering uit het gemeentefonds. De algemene uitkering wordt over de gemeenten verdeeld met behulp van verdeelmaatstaven die verschillen in kosten weerspiegelen, maar ook verschillen in belastingcapaciteit. De belastingcapaciteit is een afgeleide van de waarde van de onroerende zaken. Gemeenten die binnen de grenzen hooggewaardeerd onroerend goed hebben, ontvangen een lagere algemene uitkering dan soortgelijke gemeenten met minder waardevol onroerend goed. Van de waarde van de woningen wordt 80% meegerekend. Van de waarde van niet-woningen 70%. Op de uitkomsten daarvan wordt het zogenaamde rekentarief toegepast. Dit rekentarief is afgeleid van het landelijke gemiddelde OZB-tarief. Het resulterende bedrag wordt als ‘eigen inkomstenmaatstaf’ afgetrokken van de algemene uitkering van de betreffende gemeente. Een hogere totale WOZ-waarde leidt hiermee dus ook tot een hogere korting op de algemene uitkering. Het OZB-tarief dat de gemeente hanteert, heeft overigens geen effect op deze aftrekpost.

Algemene uitkering

De raming van de algemene uitkering is gebaseerd op de meicirculaire 2025. De berekeningen van de algemene uitkering voor de begroting 2026-2029 zijn met behulp van de meicirculaire 2025 gemaakt. In onderstaande tabel ziet u het verschil met de ramingen zoals gemaakt voor de begroting 2025-2028.

Raming algemene uitkering 2026 2027 2028 2029

Begroting 2026 - 2029

31.212.571

32.439.088

32.838.324

34.214.392

Begroting 2025 - 2028

29.511.207

30.733.052

31.839.842

-

Verschil

1.701.364

1.706.036

998.482

NVT*

(*) 2029 was niet begroot. Daar kan geen verschil voor worden berekend.

Dividenden

De gemeente ontvangt jaarlijks dividenduitkeringen uit hoofde van haar aandelenbezit bij de Bank Nederlandse Gemeenten, Waterbedrijf Evides en Juva. Voor het dividend van Juva wordt uitgegaan van de uitgangspunten in het Strategisch plan 2024-2030, update/evaluatie 2025, van Juva. De dividendraming in dit plan bedraagt € 13 miljoen/ jaar voor de resterende jaren van de planperiode. Het belang van de gemeente bedraagt 13,6%.

Echter, Juva stelt in het Strategisch plan dat hun cashflow in 2027 negatief wordt en aandacht vereist. Dit, alsmede de bestaande en nieuwe risico's in hun bedrijfsvoering, maakt dat werkelijke hoogte van de dividenduitkering onzeker blijft.

De gemeente ontvangt jaarlijks dividenduitkeringen uit hoofde van haar aandelenbezit bij de Bank Nederlandse Gemeenten, Waterbedrijf Evides en Westland Infra.


2026

2025

Bank Nederlandse Gemeenten

104.723

104.723

Juva N.V.

1.768.000

1.768.000

Waterbedrijf Evides

78.000

78.000

Totaal

1.950.723

1.950.723


Rente uitzettingen langer dan 1 jaar

Het betreft hier de rente die verkregen wordt van het langdurig uitgezette deel van de Nutsreserve (€ 742.930). Daarnaast wordt rendement gemaakt door de uitgifte van grond in erfpacht, welk (deels) wordt gefinancierd uit eigen overtollige financiële middelen.

Saldo financieringsfunctie

De gemeente heeft ter financiering van haar activiteiten in totaal € 84.957.554 aan langlopende geldleningen aangetrokken (saldo 1-1-2026). Het saldo van de totale werkelijk betaalde rentelasten is hoger dan het saldo van de verdeelde rentelasten over de boekwaarde van de investeringen op basis van een rente omslagpercentage van 0%. Dit levert een last van € 1.373.861 (werkelijke rente) op in de begroting van 2026. Daar komt een toevoeging van rentes aan de reserves bij van € 49.380. Per saldo komt de financieringsfunctie uit op een nadelig resultaat van € 1.423.241.

Onvoorzien

Deze post is opgenomen als reservering voor onvoorziene uitgaven die gedurende het begrotingsjaar kunnen optreden. Ondanks zorgvuldige planning en ramingen is het in de praktijk niet altijd mogelijk om alle kostenposten volledig te voorzien. De post 'Onvoorzien' biedt hiermee een beperkte maar noodzakelijke financiële ruimte om onverwachte en urgente uitgaven op te vangen, zonder direct een begrotingswijziging te moeten doorvoeren.

Hoewel het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) geen expliciete verplichting kent tot het opnemen van een post 'Onvoorzien', wordt dit vanuit goed financieel beheer en op advies van de commissie BBV wél als een best practice gezien.

Het bedrag van €6.000 is vastgesteld op basis van eerdere ervaringen en biedt voldoende flexibiliteit binnen de begrotingsdiscipline. Aanwending van deze post vindt uitsluitend plaats na zorgvuldige afweging, met het oog op een doelmatige en rechtmatige besteding van publieke middelen.

Heffing vennootschapsbelasting

Vanaf 1 januari 2016 is de gemeente vennootschapsplichtig. Dit betekent dat voor elke activiteit van de gemeente beoordeeld wordt of er aan de ondernemingscriteria volgens deze wet wordt voldaan. Als dit het geval is, wordt de gemeente per activiteit door de belastingdienst aangeslagen voor 19% tot € 200.000 (25,8% boven € 200.000) van het saldo batig (uitgaven minus inkomsten). Tot nu toe voldoet de gemeente Midden-Delfland niet aan de ondernemerscriteria voor de Vpb-plicht. Er zijn echter nog ontwikkelingen in de regelgeving die een onzekere factor vormen. Mocht de gemeente hierdoor aan de ondernemerscriteria gaan voldoen zal het nadeel gering zijn.

Wat is de betrokkenheid van de verbonden partijen?

De BNG Bank is de bank van en voor overheden en instellingen voor het maatschappelijk belang. Het dienen van het maatschappelijk belang bindt de bank met de gemeente. Daarom houdt de gemeente een beperkt aantal aandelen in de bank.

Met de deelname aan Juva N.V. is een ongestoorde levering van gas en elektriciteit aan burgers en bedrijven binnen de gemeente gegarandeerd.

Het doel van Evides is het altijd kunnen leveren van schoon en hoogwaardig drinkwater en het continu beschikbaar hebben van industriewater dat aan strenge normen voldoen.

Voor de bovenstaande partijen geldt dat er naast het maatschappelijk belang eveneens sprake is van een financieel belang voor de gemeente. De jaarlijkse winstuitkeringen (dividend) vormt een relevante inkomstenpost.

Wat mag het kosten?

Wijziging budget 2026 ten opzichte van 2025

Lasten
OZB woning (€ 89.126).
Dit betreft voornamelijk een verschuiving van arbeidslasten (€ 30.000) samen met verschuiving van automatiseringslasten (€ 53.000).

Treausury (€ 168.822)
De rentelasten stijgen. Dit wordt mede veroorzaak doordat de 5-jaars termijn lening o/g afloopt, waar een verpachtingsovereenkomst tegenover staat van 25 jaar. De rente stijgt van -0,2 naar ca 3,5% (€ 100.000). Daarnaast is in de begroting rekening gehouden met de financieringslasten inzake de uitvoering IHP (onderdeel Mariaschool); de geraamde lasten bedragen ca € 78.000.

Het overige verschil wordt verklaard door diverse kleine mutaties.

Baten
Algemene uitkering (€ 702.303)
De berekeningen van de algemene uitkering voor de begroting 2026-2029 zijn met behulp van de meicirculaire 2025 gemaakt. Hierin is de herverdeling van het gemeentefonds verwerkt en de extra toegezegde Rijksmiddelen voor diverse onderwerpen. Voor onze gemeente pakt dit voordelig uit.

OZB-woning (€ 42.235) en OZB niet-woningen (€ 175.734)
Uitgangspunt is een verhoging van de OZB-opbrengsten met 3%. Daarnaast wordt de hogere opbrengst veroorzaakt door waardestijging en areaaluitbreiding. Verder is er een (budgetneutrale) correctie doorgevoerd voor de raming van de OZB-woningen (bijstelling naar beneden) en de OZB niet-woningen (bijstelling naar boven) op basis van realisatie in voorgaand(e) jaar (/jaren).

Het overige verschil wordt verklaard door diverse kleine mutaties.

Mutatie reserve

Wijzigingen reserves 2026 ten opzichte van 2025

Baten € - 1.813.739

Uit de reserve ontwikkeling Harnascholder werd in 2025 de volgende structurele onttrekking gedaan:
- Dekking bestuurskosten Harnaschpolder € 21.385

Uit de reserve investeringsprogramma werden in 2025 de volgende incidentele onttrekkingen gedaan:
- Centrumplan Den Hoorn € 1.695.987
- Subsidie DIOS € 96.367